Zoeken

SAMEN artikel: Brandveiligheid op zich is geen doel

Gepubliceerd op 5 november 2021

Brandveiligheid. Ook voor extreem hoge gebouwen is dat een noodzakelijk iets. Tegelijk blijken er wel lacunes te zitten in de regelgeving. Voor de regio Rotterdam-Rijnmond reden om aan tafel te gaan zitten en afspraken te maken. Mark van Houwelingen, Victor Termijn, Dennis Taks en Maarten Havenga maken zich hard voor brandveiligheid in hoogbouw, passend bij de functie van het gebouw.

Auteur Sander Grip | Fotograaf Antim Wijnaendts van Resandt

Wat is er op dit moment wel en niet geregeld rond de brandveiligheid van hoogbouw?

Mark, seniorspecialist brandveiligheid bij de VRR, lid van de brandpreventiecommissie: “Heel veel is niet geregeld. In het bouwbesluit staat de algemene regelgeving. Tot zeventig meter, daarboven zegt de wetgever: je moet even veilig zijn als… En dan wordt het onduidelijk, want iedereen kan een draai geven aan die vage omschrijving. Om toch een standaard te hebben, hebben partijen als brandweer, verzekeraars en bouwbedrijven de koppen bij elkaar gestoken en de handreiking hoge gebouwen op papier gezet. Maar die beschrijft wat je kunt doen om een pand van zeventig en tweehonderd meter hoog brandveilig te maken.”

Victor, vanuit gemeentelijk bouw- en woningtoezicht lid van de brandpreventiecommissie: “En je raadt het wel, in Rotterdam gaan we daar inmiddels zo’n beetje overheen. Dus willen we afspraken maken voor gebouwen hoger dan die tweehonderd meter. Nog een leuke misvatting trouwens: het gaat voor brandpreventie om de hoogte van de hoogste verblijfsvloer in het gebouw. Zo bezien is bijvoorbeeld de Zalmhaventoren géén tweehonderd meter hoog. Maar stedenbouwkundig gaan we accepteren dat er torens mogen komen tot 250 meter hoog. Die gebouwen moeten ook veilig zijn. En omdat er niks op papier staat, willen we dat zelf opstellen. Want je moet er niet pas over gaan nadenken als de projectontwikkelaar tegenover je aan tafel zit.”

Dennis, seniorbeleidsmedewerker operationele informatie bij de brandweer: “Regiobreed starten we nu het project veilige hoogbouw. De hoogte van een gebouw limiteert wat de brandweer kan doen als het misgaat. Vragen die centraal staan in het project: sluiten de eisen aan bij de hulp die wij kunnen bieden? Welke preventiemaatregelen moet je treffen en hoe sluiten die aan bij de mogelijkheden om onze mensen en ons materiaal in te zetten?”

Tegen welke problemen loop je aan als je hoger dan tweehonderd meter bouwt, die je niet hebt als je daaronder blijft?

Mark: “Als je het platslaat, kun je zeggen dat we het tot zeventig meter geregeld hebben. Met spuiten en hoogwerkers komen we tot twintig à dertig meter. Daarboven gaan we met al ons materiaal naar binnen en werken we van binnenuit. Dan zeg je misschien: bouw sprinklers, maar die zijn pas boven de zeventig meter hoogte verplicht.” Victor vult aan: “Het klinkt hard, maar politiek is het een afweging tussen het aantal doden per jaar door een brand en de kosten voor preventieve maatregelen. Het is veiligheid versus economie. Die twee moeten in balans zijn. En dat klinkt natuurlijk leuk, totdat er iets gebeurt zoals met Grenfell Tower in Londen enkele jaren geleden. Daar vatte de gevelbeplating vlam en kwamen 72 mensen om het leven. Helaas werkt het altijd zo dat er eerst iets verschrikkelijks moet gebeuren voordat er strengere maatregelen komen. Dat was zo met de brand in het cellencomplex op Schiphol, met de brand in café Het Hemeltje in Volendam en met de vuurwerkramp in Enschede. Pas na dat soort calamiteiten gaan we een tandje strenger.”

Toch voelt de brandweer de frustratie over een gebrek aan duidelijke handelingsperspectieven in extreem hoge gebouwen. Hoe kijk je echt vooruit en voorkom je niet alleen maar het vorige ongeluk?

Victor: “Vóórdat de politiek besluit dat we boven de tweehonderd meter mogen bouwen, proberen wij al richtlijnen op te stellen voor die situatie. Dus werken we aan een visie op veiligheid voor panden die tussen de twee- en vierhonderd meter hoog zijn. We horen het verhaal aan van elke partij die met ons meedenkt en dat te vertalen naar praktische handvatten voor de ontwikkelaars. Als je diep in ons hart kijkt, willen we voorkomen dat er brand uitbreekt. Maar hoe kunnen we daar nou zo dicht mogelijk bij in de buurt komen?”

Dennis: “De brandweer maakt in deze gesprekken inzichtelijk wat we niet kunnen doen. Dat bepaalt welke preventieve middelen je in kunt zetten om de boel beheersbaar te maken als er brand ontstaat. Eerste prioriteit is dan: zorgen dat iedereen veilig en tijdig het pand kan verlaten. Eerst vluchten, dan bestrijden. Een van de resultaten die het project Veilige hoogbouw moet opleveren is het opstellen van een handelingsperspectief op operationeel, tactisch en strategisch niveau zodat we een incident in een hoog gebouw succesvol kunnen bestrijden.”

Mark: “Dat gaat in ieder geval goed. Onze gebouwen zitten zo in elkaar, dat we iedereen tijdig uit een pand kunnen krijgen. Maar dan komt het bestrijden. Neem onze brandweerwagens. Die kunnen water tot zeventig meter hoog pompen, daarboven hebben we hulp nodig van aanvullende middelen. Want we willen natuurlijk niet dat we, als iedereen eruit is, met onze handen in de zakken moeten toekijken hoe zo’n gebouw vervolgens affakkelt.”

Maarten [functie] sluit zich aan bij deze woorden. “We moeten gezamenlijk kijken naar de problemen die we tegenkomen. En niet alleen op de plek van het incident maar juist vooraf met elkaar nadenken zodat we goed voorbereid ter plekke kunnen komen. De standaardaanpak is niet altijd het beste maar we beschikken niet altijd over voldoende kennis van zaken. Dat is niet geen Rotterdams ding; het is een mondiaal probleem. Dat zie je aan de incidenten met Grenfell Tower in Londen, waar gevelplaten een inferno versnelden en de recente brand in een Milanese woontoren waar het vuur ook razendsnel om zich heen greep. We moeten meer kennis opdoen over de integriteit van bouwwerken die langere tijd blootstaan aan hitte maar ook over iets als rookverspreiding in panden.”

Hoe gaat het nu? Zitten de juiste partijen aan tafel en is er zicht op werkbare afspraken?

Mark: “De eerste aanzetten tot afspraken zijn in het verleden niet concreet geworden. Dat gaat nu wel gebeuren. We moeten wel nu want het is, zoals we al zeiden, nog slechts een kwestie van tijd eer die afspraken echt nodig zijn. Als er eenmaal wordt gebouwd, is het lastiger om zaken nog te veranderen. Al is het alleen maar omdat de regels die je op de ene toren van toepassing verklaarde ook voor de andere toren moet gelden. Anders zal zo’n aannemer je betichten van concurrentievervalsing.”

Dennis: “Probleem daarbij is wel, dat we niet alle consequenties kunnen overzien van nog weer hoger gaan bouwen. Waar we op uit moeten komen is dat gelijke speelveld voor elke ontwikkelaar, voor een betaalbare prijs, met een slim pakket om óns werk goed te kunnen doen.”

Victor: “Brandveiligheid op zich is geen doel. Het doel is maatschappelijke voorzieningen creëren. Dat moeten we goed onthouden. Dan kunnen we streven naar een realistisch niveau van brandveiligheid passend bij de hoogte van het gebouw dat neergezet wordt. Natuurlijk zou het mooi zijn als landelijk wordt meegekeken met wat wij hier in Rotterdam-Rijnmond aan het doen zijn.”


Fotograaf Antim Wijnaendts van Resandt